HOK
Tjisoeroepan, 29/3 ’32.
G. Erg bedankt voor de verjaarsbrieven, die ons naar ons hotel doorgezonden werden. De gebruiksaanwijzing zullen we straks, wanneer we thuis zijn lezen bij het openmaken van het pak. We hopen, dat dit al op ons wacht. We zitten hier sinds donderdagavond, voor 18 gulden daags. U weet wel het grote hotel waar we na Hack’s Radium hotel heen togen. Heerlijk om zo een paar dagen er tussen uit te knijpen en niets anders aan het hoofd te hebben dan, hoe het lekkerst te liggen en wat voor eten opgediend zal worden. Jammer, dat het weer niet meewerkt. Het is steeds regen en nog eens regen. En het kan hier erg kil zijn, ’s avonds draag ik dan ook een wintercolbert. Gisteren op mijn verjaardag hebben we een autotochtje gemaakt door de vlakte van Garoet. Veel bijzonders was het niet. Het mooiste was een meertje van Sitoe Bagendit, waar een hele kampong van de toeristen leeft. Iedere jongen die je voorbij rijdt, steekt automatisch zijn hand op voor een fooi. Het is vreselijk gewoon. Eida had in een geheime afdeling van haar koffer haar cadeautjes meegebracht. Een brievenstandaard van gebrand hout, erg mooi. Dan een ½ dozijn Pyramide zakdoeken en drie dassen, waarvan twee zelf gemaakt. Ook erg mooi. En dan een heleboel paaseitjes en ook een mesje van onze dochter Tommy.
Tommy is achtergebleven in Bandoeng, waar we hem te logeren hebben gegeven bij een collega, die zelf al drie honden heeft. Hij zal er wel goed verwend worden, want die familie is erg dol op hondjes. Ze krijgen de lekkerste vleessoorten zoals tong, ham etc. En ook Hazes’ bonbons. Zoiets is Tommy bij ons niet gewend hm, hm! Hij jammerde wel toen we zonder hem vertrokken. Hij zal wel denken, dat we hem verraden hebben. Verder zal ik van Annie Schüller een tekkeltje krijgen, een speelkameraadje voor Tommy. We zullen hem, een echte hem, deze week gaan halen. – Zoals u ziet is mijn verjaardag erg kalm gevierd, maar daarom niet minder plezierig. Het is heerlijk om het eens erg rustig te hebben. O ja, ook deze vakantie is bed als een verjaarscadeau [EIDA Hok vindt nl. hoe meer cadeautjes hoe leuker!]. Jammer dat het vandaag de laatste dag is. – Het hotel is te groot voor deze malaise tijd. Het is zo goed als leeg. Ze zullen er wel niet veel op verdienen. Voornamelijk in de vakanties schijnt het hier druk te zijn, anders moet het hier erg stil zijn. [2] Het ligt ook zo ver van de grote plaatsen, zoals Batavia, zodat als weekendhotel het niet in trek is. De mensen van Batavia gaan liever naar Soekaboemi of Sindanglaja, waar men ook een koude neus kan halen. Voor Bandoengers heeft het weekenden weinig zin. Zij hebben het soms al koud genoeg in hun eigen woonplaats. – Eergisteren hebben we de beruchte tocht naar Tjilaoet-Eureun, een plaatsje aan de Zuidkust gemaakt. Die tocht is daarom berucht omdat de weg over 59 km alleen uit bochten bestaat, het was dan ook geen onverdeelde plezierrit. Eida heeft zich erg goed gehouden, alleen op de terugweg, toen we ons moesten haasten voor de lunch weer thuis te zijn, is ze wat misselijk geweest [EIDA maar toch hield mijn maag het vol]. Sommige gedeelten van de weg zijn prachtig. De Indische Oceaan kon je al van heel ver zien, maar op het strand was het gloeiend, en ook moesten we zorgen vóór de regens weer over de passen te zijn, omdat het rijden in de wolken helemaal geen pretje is. Om die redenen bleven we niet in Tjilaoet-Eureun lunchen, wat aan de ene kant wel jammer is, omdat we er niet zo gemakkelijk toe zullen komen, de tocht te herhalen. – Ook hebben we hier één keer getennist. Eida deed ook mee. Beiden zijn we er erg stijf van geworden, we hebben namelijk al zeker twee maanden geen racket in handen gehad én om de regens én om Eida’s vermeende blindedarm. Momenteel is ze weer zo gezond als een visje. – Wat fijn dat Moeder erg goed vooruitgaat. Toen we hier aankwamen dachten we aan de middag dat we met ons allen in de voorgalerij van het hotel tea-den. Ook de weg die we daarna gereden hebben om in Garoet te komen zit vol herinneringen. Toen zei Vader al, dat we hier onze vakantie moesten doorbrengen. – Heeft Vader Goethe’s Faust nog ontvangen. Het moet erg mooie taal zijn, heel wat beter dan de andere bestaande vertalingen. – Met mijn werk hoop ik snel klaar te komen. Deze vakantie heeft me erg goedgedaan. Het was me op het laatst niet meer mogelijk er aan te werken. Het hing me de keel uit. De Petroleum Mij heeft me nog steeds geen werk gegeven. Ik ben er niet rouwig om, omdat ik voor Pasen in niets meer zin had. Het goudschip is dus nog altijd niet in zicht. – Van de strijd tussen Japan en China merken we hier niet veel. Alleen Japan importeert zo goed als niets meer in Indië, omdat de Chinese tussenhandel geen Japanse goederen aan de man wil brengen. Geen Chinees zal ook Japanse goederen willen kopen. U ziet hoe sterk het saamhorigheidsgevoel nog is.
Van Mevr. van Gilse kregen we een erg aardige brief voor mijn verjaardag. Zij zal wel erg blij zijn, dat Henk bij ons een tehuis gevonden heeft.
Verder bedacht Eidje mij nog met een kussen van wol en een grote brievenbus, nu zal Tommy tenminste van de mailbrieven, waarop hij het erg gemunt heeft, afblijven.
Het pak was er al toen we thuiskwamen. Wij hebben het met de gebruiksaanwijzing in de hand geopend. Wat een mooi kleed en loper hebt u mij gestuurd. Erg mooi, en zeer bedankt. Het kleed ligt op de eettafel en de loper op de boekenkast voor. De kleuren passen echt bij onze gordijnen en onze meubels. We zijn er erg verrukt van, onze kamers zijn er zeer door vooruitgegaan, wat gezelligheid betreft. Een goede gedachte om ze te sturen. [3] Eidje is er ook zeer verrukt van. De koekjes zijn erg in de smaak gevallen ook. Ze zijn net zo vers als waren ze zo uit de winkel. De blikjes en pasta-tjes zien er erg smakelijk uit. We hebben de gaffelbitter maar niet geconsumeerd. Het blikje was bol, zodat het waarschijnlijk niet meer goed was. Eidje’s jasje staat heel mooi. Ik ben wel erg verwend, waarvoor dan ook mijn grote dank. Het laken zal aan Hans Waldemar gegeven worden in zijn mandje. Hij zal er u ook dankbaar voor zijn. De Brussels lof zal niet versmaad worden, wat weet u nog goed, dat voor Brussels lof ons huis openstaat. De dekschaal is ook goed overgekomen, en verder is Eidje erg blij met de spuit. De douane heeft het pak niet open gehad, uw zegels waren nog ongeschonden. Ook hebben we niets hoeven te betalen aan invoerrecht. Kortom, erg bedankt voor de cadeautjes.
De Bothé’s waren erg verrukt van Tommy. Hij heeft hun hart al heel gauw gestolen. Zelfs hun grote herders deden Tommy geen kwaad. Vooral waren zij niet uitgesproken over zijn intelligentie en zijn moed!!! Wij weten wel beter. Hij schijnt zelfs de poes, die al de honden van Bothé de baas is, niet gevreesd te hebben. Mevrouw Bothé vertelde ons in kleuren en geuren hoe Tommy de kluifjes van poes’ bord weg gapte. Dat vond zij een prestatie. Nu, het verwondert ons eigenlijk niets, want voor botjes is Tommy in staat een moord te begaan. Hij was zo blij dat hij ons weer terugzag. Hij was gewoon niet meer kalm te krijgen. Ook toen we hem in huis lieten, was hij één en al vreugde. Alles werd besnuffeld of het wel echt was. De tuin werd beroken etc. etc. Het was werkelijk aandoenlijk te zien, hoe hij zich aan ons heeft gehecht. Nu loopt hij ons overal na, waarschijnlijk omdat hij bang is dat wij zonder hem weggaan.
Nu dag, Hok.
EIDA
Hoe vind je zo’n brief van Hok?!!! [4]
31-3-’32.
Gelukgewenst met Tek Bheng
Liefjes –
Wat een fijn pak heb jullie ons gestuurd! Wat een beeldig weefwerk. Aldoor als ik weer in de kamer kom, verheug ik me over de gezelligheid, want het was er toch erg kaal! De loper past beeldig op de boekenkast. Wij vonden toch dat beide kamers er wat van moesten hebben, niet alles in één! Ons buffet is alleen geschikt voor een hele korte loper, doordat hij die hogere zijkastjes heeft. – Wij zouden de grote doek ook wel overal willen ophangen, dan weer achter ’t buffet, de boekenkast, de piano of aan een andere muur – Hok heeft vroeger nooit doeken willen hebben, Indische dingen staan ook niet zo aardig bij onze meubels, het divankleed moet ook nog eens veranderd. Baukje was ook erg verrukt van kleuren en werk en Trude wil ook gauw komen kijken. Ons ronde tafeltje vóór is hevig jaloers op de boekenkast, hij moet nog prijken met een wit kleedje! – Nu vergat ik verleden keer het stukje over de Alg. Explor. Mij in te sluiten – Steeds wordt de gouden regen uitgesteld!, hopelijk zal hij nu 1 mei rijp zijn, als van uitstel geen afstel komt! Het zal wel niet want ze hebben inderdaad olie gevonden en hun aandelen staan op 117 las Hok net, is dàt effen enorm! – Hok schrijft al uitgebreid over Tjisoeroepan, ik heb jullie maar niet van daar uit geschreven omdat ik nog steeds geen vulpen bezit en jullie altijd van potlood schrikken!! Helaas blijft m’n vulpen vermoedelijk in de lucht hangen, een zwaarbewolkte vrees ik, want ik zie nog niks!! Hok kreeg nl. voor zijn verjaardag van Egbert en Baukje een beeldige peau-de-suède tabakzak met ritssluiting en [5] gevuld met lavendel tabak! Aldus is de pijp nu aan de beurt. De brievenbus had Kasan keurig groen geschilderd toen we thuiskwamen, maar nu hangt hij nog niet vanwege afwezigheid van stevige spijkers! En nu komt vannacht de mail. Ik zal Hok voorstellen hem maar op ’t stoepje te zetten, dan kan Tommy tenminste de brieven niet mishandelen. Hok kreeg ontzettend veel post, van Zus en Dirk, Mevr. v. Gilse, Henk en Riek, Anneke, Annie Schüller en toevallig kwamen er voor mij brieven van Malie, Bep en Erna Janssen-Douwes Dekker - Piontianak. – Ze beschrijft (laatstgenoemde) Pontianak minder fleurig als Anneke, ze is ook niet zo optimistisch! Leuk als ze ’t goed met elkaar zullen kunnen vinden.
We hebben een heerlijke vakantie gehad, veel geluierd, weinig gewandeld, middelmatig veel auto gereden. Ik ben er werkelijk trots op dat mijn maag die 5 uur lang bochten heen en terug naar de zuidkust zomaar volhield! De zee was meer dan fijn, schitterend lichtblauw met spierwit schuim, zo helder en fris! Weer duintjes gezien, ik hoop dat de kieken gelukt zijn – Vrijdagmorgen, gister, weer naar Soendanese les geweest, was niet eens achter, hoewel 3 lessen gemist! Van der Pijl, een vrijgezel, leraar Lyceum, Plant- en Dierkunde, vriend van Baukje, haalt haar en mij altijd op voor de les – Een dag eerder kwam hij vragen of ik “gehaald” moest worden voor de les en toen was Baukje ook hier, met gevolg dat jullie meer dan zalige paaseitjes in een minimum van tijd verminderden en gister toen hij nog 10 minuten kletste vóór de les, is de voorraad bijna opgeraakt. Je moet maar een goeie neus hebben!, want voor die tijd was hij nooit bij ons binnen geweest! De griffeltjes die overigens in die 2½ jaar dikker geworden zijn!, zijn nog even vers als waren ze pas gebakken; leve Moeder’s vaardige hand en [6] de Sanoplast! De pasta-tjes lijken me ook fijn en praktisch, de spuit zal ik gauw eens proberen. Ook bedankt voor het gele jasje, het is enig, ik heb het toen we ’t ’s avonds uitpakten, direct aangedaan toen we naar de Bothés moesten om Tommy te halen. Maar Tommy was zo zo ’t dolle heen, dat hij zelfs voor ’t nieuwe jasje geen respect had, maar gelukkig heb ik het weer onzichtbaar kunnen herstellen. De Bothés vonden het echt jammer om Tommy weer af te staan. – Diezelfde avond kwam Ho weer aanzetten, hij heeft nu een baan bij een Oom, die grote verwachtingen van hem schijnt te hebben. In plaats van dat hij enthousiast is, is hij zo lummelachtig als wat. Hij slooft zich niet graag uit. Het zou ons niets verwonderen als hij deze nieuwe baan verknoeide en dat in een tijd, dat er zo velen werkeloos zijn.
Er wordt hier volgende week, of wat later een tehuis voor werkelozen geopend uit de goede kringen. Men wil nu alles mooi voor ze maken en naait beddengoed, tafellakens e.d. – Mevr. v. d. Ploeg, van de adviseur Mijnbouw, vraagt alle ingenieurs vrouwen 1 tafellaken, 1 handdoek, 1 servet, 1 kussensloop voor ’t goede doel te geven. Maar Mevrouw Ter Haar zegt zeer terecht dat tafellakens een erg groot cadeau zijn (want hij moet natuurlijk weinig of niet gebruikt zijn) en dat ze, evenals servetten duur zijn in de was en dat zij zelf uit zuinigheid een gezellig gebloemd zeil gebruikt, wat veel praktischer is, hetgeen ze ook voor zo’n tehuis aanraadt en ze zegt bovendien kunnen ze hun handen aan de kraan wassen, in plaats van servetten. Ik weet nog niet wat ik doe. Natuurlijk is al onze boel nog zo nieuw en ’t zou natuurlijk ook een groot tafellaken moeten zijn. – Morgen zal ik collecteren voor de blinden, ik weet nog niet welke straat ik heb, maar vanavond komt Mevr. v. d. Ploeg de bus [7] brengen. – Straks om 11 uur biedt men Mevr. von Dewald een cadeau aan op het Geologisch Lab. Hok vroeg me ook te komen. De baboe is bezig m’n rooie balletjesjurk te strijken waar ik net een nieuw kraagje op kocht – Stout dat Moeder de kalender voor Vader eerst heeft bekeken, foei! Stond nog wel Vader’s adres op! – Ik heb net aardappels van werkeloze planters gekocht, het is toch een toestand op de wereld. Hoe wordt het ooit weer goed?
Tan Leidie stuurde Hok een verjaarsbrief, niet erg opgewekt dunkt me; ze heeft het ook niet erg plezierig op de wereld met al die telkens weer verdwijnende meisjes. Dien schreef dat haar Moeder’s zaak zo beroerd gaat, dat ze haast niets verdient, hoewel ze haar hele leven er voor sjouwde. Wat ontzettend toch. – Vandaag is het 1 april, maar jullie krijgen nog geen vliegbriefje over onze “fata morgana”, zoals Vader dat noemt! Die 5 vrije dagen waren echt heerlijk al kostten ze ons ± ƒ 125.-!! En toch hebben we nú nog ruim ƒ 100.- over, prestatie of niet! – Hok vindt het eigenlijk wel fijn dat ze van de petroleum hem nog geen stenen gestuurd hebben, daar hij nog geen behoefte (!) heeft aan extra werk. Hij eet nu Sanatogeen . Bothé heeft hem verteld dat dat zo enorm kalmerend werkt, die at het ook een poos. Ik ben blij dat ik het niet bedacht heb, want dan had hij het nooit ingenomen! Ik zal Bothé ook opstoken hem voor het haarmiddel te winnen! – Ik heb aan Mevrouw Schüller geschreven om hoog op te geven van Annie’s gezondheid. Je moet haar eens op haar kop geven dat ze zich over niets ongerust maakt, ze denkt altijd dat ze hier minstens op sterven liggen, al liet ik zelf in mijn brief niet merken dat ik met opzet nú schreef. – Moppig v. Annie Bakker Schut een baby, ik schrijf haar wel eens te gelegener tijd. – De vleesschaal is mooi heel, de directoiretjes fijn, deze passen me het beste en dat ene hempje met schouderbandjes [tekeningetje] is zeer geslaagd, zit beter onder de jurken dan die hempjes met ronde hals [tekeningetje], begrijp je het.
Dag hoor, Eida.
[Randje pag. 7]
Wat vervelend dat Vader werd aangereden, pas alsjeblieft wat op.
Stuur alsjeblieft niet alle kieken weer terug, ik schrijf het er wel bij als ze “op zicht” zijn.